JoanNestle.com| Foyer| Dining Room| Living Room| Bedroom & Study| Di’s Lounge| Garden| Blog| Urgent


Onze gave om aan te raken

Inleiding bij dit stuk in A Fragile Union (1998)

Toen ik gevraagd werd om over vrouwengeschiedenis te komen spreken voor de vrouwen in de gevangenis van Kingston (Canada), wilde ik de lesbiennes onder hen een geschenk geven. Daarom maakte ik van deze tekst een pamflet dat kon uitgedeeld worden. Ik wilde eer bewijzen aan de lesbische seksualiteit in de gevangenis, aan de vrouwen die elkaar willen – niet wegens het ontbreken van mannen, maar omdat ze lesbisch zijn. Toen de groepsleidster die me had uitgenodigd echter aankondigde dat ik kwam praten over lesbische geschiedenis, besloot de hoofddocent dat ik geen geschikte spreekster was. Ze liet de 200 vrouwen de ruimte verlaten. Tien vrouwen slaagden erin om te blijven en zij verdeelden het pamflet onder de geïnteresseerde vrouwen.

1 juli 2000
Nieuwe inleiding voor de “At-Home”-bezoekers

Ik schreef dit stuk in 1999. Sindsdien werd het naar het Hebreeuws vertaald door Haya Sholom en Daphne Amit voor het holebi-magazine Bega’ava (Trots) en naar het Yiddisch door Hinde Burstin (voor Bridges, lentenummer 2000). Dat was op zich al een hele eer, maar enkele maanden geleden ontving ik een e-mail van Lepa Mladjenovic, een anti-fascistische lesbische feministe en lid van Women in Black - Belgrado (Servië). Zij schreef dat zij exemplaren van de tekst (zowel in het Engels als in Servische vertaling) had uitgedeeld aan andere feministische activisten in haar omgeving. Ze schreef:

Aan het einde van een van de korte artikels over verzet tegen de oorlog, vermeldde ik dat het lezen van Adrienne Rich, “Litany of Survival” van Audre Lorde en de essays van Joan Nestle het licht van mijn ziel levend hielden in oorlogstijd. Je weet dat we in die tijd “Our Gift of Touch” lazen en herlazen in onze lesbiennegroep en de tekst vertaalden en opnieuw lazen en kopieerden en afdrukten in onze feministische notaboeken waarvan 1000 exemplaren gratis werden verspreid onder de vrouwengroepen in alle staten van voormalig Joegoslavië.
Ik besef dat het als eigenbelang klinkt wanneer ik deze woorden hier herhaal. Maar ik doe het in alle bescheidenheid, vanuit mijn bewondering voor de moed van vrouwen als Lepa die ervoor vechten om nationale brutaliteiten te vervangen door hoop in beschaafde, zorgende gemeenschappen. Ik doe het uit verwondering over hoe woorden kunnen reizen naar daar waar ze nodig zijn. En tot slot wil ik duidelijk maken dat telkens als ik denk dat het goedkoop en onbelangrijk is om te schrijven over de verlangens van vrouwen, ik zal denken aan Lepa’s behoefte om aan te raken te midden van de oorlog.


Mijn leven heeft me geleerd dat aanraken nooit vanzelfsprekend is, dat het nooit ‘gewoon’ is als een vrouw naar mijn borsten reikt of mijn benen spreidt, dat haar vingers die mij vinden of haar tong die mij neemt, geen mysterieuze handelingen zijn die verborgen moeten blijven, maar dat dit alles – de omhelzingen, elkaar vasthouden, het kreunen, de woorden van verlangen – daden van zonlicht zijn. Ik kijk nog steeds met verbazing naar je hoofd tussen mijn benen, zie hoe je helemaal, met al je jaren, mijn genot opzoekt. Hoe kan je – in een wereld als deze, waarin wapens en regeringen elke dag de tederheid vertrappelen – je weg vinden naar die kleine verborgen vrouwenplek? Toch slaag je erin, vastberaden en doelbewust, om het grote verlangen te doen komen.

Hoe kan ik ooit wennen aan de schoonheid van je wang tegen mijn borst, of de beschermende kracht waarmee je me omdraait? Hoe kan ik het ooit gewoon vinden: je verlangen om de lichtere plekjes te strelen, hoe je de tijd neemt om me te kalmeren en me dan helpt willen wat ik niet kan zien? Of hoe je naar me reikt nadat ik je genot heb gegeven, me tegen je hele lichaam aandrukt, je vingers teder mijn lippen schoonvegen die blinken van je smaak. Of hoe je een kussen maakt van je schouder om me te troosten na het klaarkomen.

Nooit zal ik in deze wereld de gulheid waarmee je op ontdekking gaat vanzelfsprekend vinden, de manier waarop je naar mijn lichaam hebt geluisterd en ontdekt hebt wat je kon doen, en de manier waarop je me verrast wanneer ik naar bed kom, je aanraak en het leer rond je middel voel. Je kondigt nooit aan, je glimlacht gewoon en handelt.

Ik zal nooit vanzelfsprekend vinden hoe je ernaar verlangt me te troosten, noch de reizen die je ondernam om me te bereiken,’s avonds laat voor mijn deur verscheen in jeans en T-shirt, zoals de ochtend komt. Of als je naast me staat, naakt bovenlijf, met enkel je leren jas en witte sokken aan, je uitstulpende buikje, je ogen die glinsteren om de diepte van mijn respons. Hoe alles op dat moment stilstaat en alle tijdverlies en alle angst voor de nacht aan je voeten neervallen. Of de momenten dat je me tegen je hebt aangedrukt en gezegd hebt dat het oké is om te huilen om alles.

De enige schaamte die ik nu soms voel, na jarenlang vrouwen aan te raken, is dat ik nooit genoeg dank je heb gezegd.

Mijn leven heeft me geleerd dat aanraken nooit vanzelfsprekend is, dat een vrouw die naar mijn borsten reikt of mijn benen spreidt nooit gewoon is.




© 1990, 1998, 2000, 2002 Joan Nestle. Vertaling door Marleen Pas van Boekhandel ’t Verschil te Antwerpen, België, 19 juni 2002.
Profuse thanks to Marleen Pas, of the GLBT bookshop ’t Verschil in Antwerp, Belgium, for doing this translation.


Messages for Joan? Problems with this site?
Please contact the WebMs.